# Bestandssysteem
# Navigeren
# Speciale paden
# Absoluut
Map | Teken | Betekenis |
---|---|---|
/ | schuine streep (Eng. slash) | rootmap (Eng. root directory, root folder) van het bestandssysteem |
~ | tilde | thuismap (Eng. home directory, home folder) is de persoonlijk map van de huidige gebruiker |
# Relatief
Map | Teken | Betekenis |
---|---|---|
. | punt (Eng. dot, point) | huidige werkmap (Eng. CWD, current working directory) |
.. | 2 × punt | oudermap (Eng. parent directory, parent folder) is de bovenliggende map van de hudiige map |
# Vorige
Map | Teken | Betekenis |
---|---|---|
- | koppelteken (Eng. hyphen) | vorige werkmap (Eng. previous working directory) |
# Wijzigen
Met de opdracht cd
(Eng. change directory; Ned. wissel map) kan je de CWD veranderen.
cd «mapnaam»
cd «pad»
Voorbeelden:
$ cd /
$ cd ~
$ cd ~/..
$ cd ~/../..
$ cd /home
$ cd /home/pi
$ cd -
$ cd /var/tmp/
# Tonen
Met de opdracht pwd
(Eng. print current working directory; Ned. toon huidige werkmap). Het is de waarde van de variabele $PWD
.
Voorbeeld:
$ pwd
/home/pi
$ _
Met de opdracht ls
(Eng. list directory contents; Ned. toon mapinhoud) toon je mappen en bestanden.
ls
ls «opties» «zoekstring»
«opties»
l
(Eng. long list; Ned. lange lijst).a
(Eng. all contents; Ned. alle inhoud).
Ook verborgen inhouden
Resultaat:
---------- «aantal-harde-koppelingen» «user» «group» «grootte» «maand» «dag» «tijd» «naam»
-
Eerste teken:
-
(Eng. file; Ned. bestand)d
(Eng. directory; Ned. map)c
(Eng. character device; Ned. toestel voor tekens)l
(Eng. link; Ned. koppeling)---
3 tekens voor bestandsmodus voor de User (Ned. gebruiker)
r
(Eng. read; Ned. lezen)w
(Eng. write; Ned. schrijven)x
(Eng. excute; Ned. uitvoeren)---
3 tekens voor de bestandsmodus voor de Group (Ned. groep)
r
(Eng. read; Ned. lezen)w
(Eng. write; Ned. schrijven)x
(Eng. excute; Ned. uitvoeren)---
3 tekens voor de bestandsmodus voor de Others (Ned. anderen)
r
(Eng. read; Ned. lezen)w
(Eng. write; Ned. schrijven)x
(Eng. excute; Ned. uitvoeren)
Voorbeelden:
$ ls
$ ls -al
$ ls -la
$ ls -l ~
# Koppelingen
Met de opdracht ln
(Eng. link; Ned. koppeling) maak je een harde koppeling naar een bestand of een zachte koppeling naar een map of een bestand.
Een bestand blijft bestaan zolang er minstens één harde koppeling overblijft.
Als het origineel bestand verwijderd wordt, dan blijft de zachte koppeling bestaan, maar het zal naar niets verwijzen, totdat er een nieuw bestand of map met dezelfde naam aangemaakt wordt.
Een alias kan bijgevolg niet gebruikt worden in paden, terwijl dat met een symbolische koppeling wel kan. Een alias kan niet via de CLI gemaakt worden.
ln «doelbestand»
Maakt een harde koppeling naar het doelbestand in de huidige map.ln «doelbestand» «koppelingsnaam»
Maakt een harde koppeling naar het doelbestand met een bepaalde naam.ln -s «doel» «koppelingsnaam»
Maakt een symbolische koppeling naar een doelbestand of -map.
# Mappen
# Maken
Met de opdracht mkdir
(Eng. make directories; Ned. maak mappen) maak je een nieuwe map of nieuwe mappen.
mkdir «mapnaam»
mkdir «mapnaam-a» «mapnaam-b» …
# Verwijderen
Met de opdracht rmdir
(Eng. remove directories; Ned. verwijder mappen) verwijder je een lege map of lege mappen.
rmdir «mapnaam»
rmdir «mapnaam-a» «mapnaam-b» …
# Bestanden
# Tonen
Met de opdracht cat
(Eng. concatenate; Ned. samenvoegen) kan je de inhoud van bestanden samenvoegen en de inhoud tonen.
cat «bestandsnaam»
Toont de inhoud van bestand met naam«bestandsnaam»
.cat «bestandsnaam-a» «bestandsnaam-b» …
- Toont de samengevoegde inhoud van de bestanden.
# Teksteditors
Het programma nano
is een van de eenvoudigste teksteditors in de CLI.
nano
nano «bestandsnaam»
Opent of maakt een bestand met de naam«bestandsnaam»
Toetsencombinatie | Actie |
---|---|
Ctrl+O | Write out (Ned. wegschrijven) |
Ctrl+X | Exit (Ned. afsluiten) |
Voorbeelden:
$ nano
$ nano index.html
# Verwijderen
rm (of unlink) Remove. Verwijdert de inhoud van mappen. rm bestand Verwijdert het bestand. rm –R map Verwijdert de map en alle onderliggende inhoud recursief (R: Recursive).
# Eigenaar en Modus
# Gebruiker en groep
Met de opdracht chown
(Eng. change owner; Ned. verander gebruiker) wijzig je de gebruiker (en groep) die eigenaar van een map of bestand is.
chown «optie» «eigenaar» «doel»
-R
(Eng. recursive, Ned. recursief)
Loopt ook alle onderliggende mappen en bestanden af.
chown «optie» «eigenaar»:«groep» «doel»
Voorbeelden:
$ chown --help
$ chown root ~/sites
$ chown -R root:root ~/sites
# Groep
Met de opdracht chgrp
(Eng. change group) wijzig je de groep die eigenaar van een map of bestand is.
chgrp «optie» «group» «doel»
-R
(Eng. recursive, Ned. recursief)
Loopt ook alle onderliggende mappen en bestanden af.
Voorbeelden:
$ chgrp --help
$ chgrp root ~/sites
$ chgrp -R root ~/sites
# Modus
Met de opdracht chmod
(Eng. change file mode bits; Ned. bestandsmodusbits) wijzig je de rechten (Eng. permissions) voor gebruiker, groep en andere gebruikers.
Voorbeeld:
$ chmod --help
chmod «modus» «doel»
«modus»
«tekenstring»
(«referentie»«operator»«rechten»
)«referentie»
bestaat uit0
tot3
tekens.u
(Eng. user who owns; Ned. gebruiker die eigenaar is)g
(Eng. group; Ned. groep)o
(Eng. other users not in group; Ned. gebruikers die geen lid zijn van de groep)a
(Eng. all users; Ned. alle gebruikers)
«operator»
+
Toevoegen vermelde rechten.-
Verwijderen vermelde rechten.=
Toevoegen vermelde rechten, andere verwijderen.
«rechten»
bestaat uit 1 tot 3 tekens.r
(Eng. read; Ned. lezen)w
(Eng. write; Ned. schrijven)x
(Eng. execute; Ned. uitvoeren)
Uitvoeren van een bestand of doorzoeken van een map.
«octaalgetal»
(«gebruiker»«groep»«andere»
) bestaat uit 3 octale cijfers (000
). Per octaal cijfer zijn de rechten binair gecodeerd in de volgorde lezen, schrijven en uitvoeren (rwx
)Octaal cijfer Binair getal Rechten 0
000
---
1
001
--x
2
010
-w-
3
011
-wx
4
100
r--
5
101
r-x
6
110
rw-
7
111
rwx
Voorbeelden van de modus met tekenstring:
$ chmod -rwx «doel»
$ chmod +rwx «doel»
$ chmod uo=r «doel»
$ chmod = «doel»
Voorbeelden van de modus met octaalgetal:
$ chmod 644 «doel»
$ chmod 664 «doel»
$ chmod 755 «doel»
$ chmod 777 «doel»
$ chmod 775 «doel»
# Locatie en naam
# Kopiëren
Met de opdracht cp
(Eng. copy; Ned. kopiëren) kan je een bestand verplaatsen.
cp «bron» «doel»
# Verplaatsen
Met de opdracht mv
(Eng. move; Ned. verplaatsen) kan je een map of bestand verplaatsen.
Map of bestand verplaatsen of naam wijzigen.
mv «bron» «doel»
# Naam wijzigen
# Grootte
# Gebruikte opslagruimte
Met de opdracht du
(Eng. disk usage; Ned. schijfgebruik) controleer je de map- en bestandsgrootte.
du -«opties» «doel»
-«opties»
a
(Eng. all files; Ned. alle bestanden)
Toont mappen en bestanden.b
(bytes)
Toont de waarden in bytes in plaats van kilobytes.h
(Eng. human readable; Ned. leesbaar voor mensen)
Toont de getallen met eenheden.
Voorbeelden:
$ du --help
$ du
$ du -h
$ du -ab
$ du -h ~
Homemap in human readable vorm
# Vrije opslagruimte
Met de opdracht df
(Eng. disk free space; Ned. vrije schijfruimte) kan je de hoeveelheid vrije opslagruimte zien.
df -«optie» «doel»
-«opties»
a
(Eng. all filesystems; Ned. alle bestandssystemen)h
(Eng. human readable; Ned. leesbaar voor mensen)
Toont de getallen met eenheden.T
(Eng. file system type; Ned. bestandssysteemtype)
Toont ook het bestandssysteem
Voorbeelden:
$ df --help
$ df
$ df -h ~
$ df -ahT